WALZ Polka
|
|
|
Rina Felix |
F. fulgens gesneriana |
- |
- |
F. colensoi |
- |
- |
F. procumbens |
- |
- |
- |
- |
- |
- |
|
Bloem: enkel; vrij klein; afstaand
aan kort stevig steeltje; aparte kleurstelling. Bloembuis: koker; afm. 20 x 5 mm;
glanzend; olijfgroen (163A), iets gelige zweem; ingesnoerd aan de basis;
vage heldere en donkerder strepen (165B). Kelkbladen:
geheel teruggeslagen; buitenkant:
glanzend olijfgroen met iets gelige zweem; binnenkant:
sprekender kleurstelling (184A), basis bruinig (183B) naar top roodbruin
(183A). Kroonbladen: niet uitstaande kroon;
afm. 6 x 4 mm; separaat staande spatelvormige kroonbladen, die verticaal
staan; kleur: donkerpaars met bruine tot
dof mahoniekleurige zweem (60A); fluwelige zweem. Helmdraad: cyclaamroze. Helmknop:
robijnrood. Stijl:
roze. Stempel:
heldergroen; gelobd. Bloei:
matig tot mild. Knop: langwerpig. Blad:
donker; middelgroot; afm. 50 x 28 mm; eivormig; puntige top; afgeronde
voet; onregelmatig grof gekartelde rand; fluwelig oppervlak; lange
bladsteel met bruinachtige glans; kleur:
diep olijfgroen tot olijfgroen met goudkleurige (147A) zweem; blad
krijgt later goed zichtbare robijnrode nerven en vlekken; bovenkant
(147A), onderkant (148B); bladstand is verspreid. Groeiwijze:
halfhanger; zelfvertakkend. Kweekwijze:
halfhanger, struik of kroonboompje voor plaats in halfschaduw, in
verband met gelige kleur van de bloem; of volle zon, maar dan wordt de
bloem donkerder van kleur. Bijzonderheden: deze fuchsia moet zo
weinig mogelijk stikstof krijgen omdat hij dan weinig bloemen geeft,
zonder stikstof veel mildere bloei en minder lange takken. Vrijwel alle
manieren van overwinteren zijn mogelijk, makkelijke plant. Veel
eigenschappen van F. procumbens zijn in deze plant terug te vinden. |
AFS
description: ‘WALZ Polka’ - No. 4373 (Waldenmaier, 2000)
Single. Upright/Trailer. COROLLA is unflared with small separated
vertical petals and smooth petal margins; opens and matures dark red
(185A); 6mm (1/4”) long 5mm (3/16”) wide. SEPALS are fully up, tips
recurved; grayish yellow (161A) upper surface, dark rose (180D) lower
surface; 15mm (9/16”) long x 6mm (1/4”) wide. TUBE is grayish yellow
(161A), proportionately long with medium thickness; 20mm (13/16”) long
x 5mm (3/16”) wide. STAMENS extend 5mm (3/16”) below the corolla;
plum (184C) filaments and dark red (185A) anthers. PISTIL extends 9mm
(3/8”) below the corolla; pink (49A) style and yellow (2A) stigma. BUD
is ovate and pointed. Foliage is medium green (137C) on upper surface
and light olive green (147C) on lower surface. Leaves are 59mm (2
5/16”) long x 39mm (1 9/16”) wide; cordate shaped, wavy edges, acute
tips and rounded bases. Veins, stems and branches are green. PARENTAGE:
‘Rina Felix’ x ‘F. procumbens’. Lax upright or stiff trailer. Makes good basket.
Prefers overhead filtered light. Best bloom and foliage color in bright
light. Tested three years in Herpen, the Netherlands. Award of Merit,
VKC, KMTP, The Netherlands. Distinguished by bloom shape and color.
|