|
Nederlandse Kring van FuchsiavriendenDit is een vereniging van fuchsia liefhebbers. Zie http://www.nkvf.nl. Begin jaren 70 ben ik lid geworden van deze vereniging, die toen bestond uit enkele honderden leden. In de jaren 90 was het aantal leden meer dan 6000. Momenteel is dit aantal teruggelopen tot een kleine 3700 en deze teruggang is nog niet tot staan gebracht. Ikzelf ben vooral lid geworden vanwege mijn interesse in het veredelen van Fuchsia's. Toen in augustus 1979 binnen de NKvF een veredelingsgroep werd opgericht, ben ik daar dan ook onmiddellijk lid van geworden, en heb later vele jaren daarin de functie van secretaris uitgeoefend. Later is binnen de NKvF de Uitgebreide Technische Commissie in het leven geroepen, waarvan de veredelingsgroep onderdeel uitmaakte, naast andere groepen zoals de botanische groep. Een groot goed van de veredelingsgroep was, dat de leden ervan niet handelden uit winstbejag (het waren liefhebbers) en dat mede daardoor openheid en delen van kennis en ervaring onder de leden mogelijk was. En dat is uniek onder veredelaars waar kruisingsgegevens meestal goed bewaarde geheimen zijn. Bovendien was de opzet dat binnen de veredelingsgroep voor bepaalde met naam genoemde projecten gezamenlijk kruisingsprogramma's konden worden vastgesteld en uitgevoerd. Veredelen is vaak een kwestie van zeer veel nakomelingen opkweken en liefhebbers hebben nu eenmaal niet de faciliteiten van beroepskwekers. In de loop der jaren heb ik met veredelen behoorlijk succes gehad, resulterend in onder meer een verzoek om als keurmeester bij de VKC te komen. Binnen het fuchsia keuringscomité heb ik een aantal zittingsperioden gehad, waarvan deels als voorzitter. Succes heeft echter een keerzijde, en dat is jaloezie bij anderen. En als dan eens het succes bij die anderen uitblijft, dan volgt er al gauw een beschuldigende vinger. Zeker toen ook enkele leden van mijn fanclub op basis van hun kunde aangetrokken waren als keurmeester, werden er na verloop van tijd geruchten verspreid van bevoordeling van mijn planten door deze keurmeesters. Ik heb dit steeds ten stelligste ontkend, en gevraagd om welk bewijs daarvan dan ook te overleggen. Maar dan zwijgt de spreker stil. Het kwam zelfs zover, dat de voorzitter van de NKvF dit soort beschuldigingen naar mij uitsprak. Ik heb nagevraagd bij de keurmeesters of van bevoordelen van mijn planten sprake was en kreeg als antwoord dat juist het tegendeel waar was. Om elke schijn van partijdigheid te vermijden werden mijn planten juist strenger beoordeeld dan de overige! Ongeveer gelijkertijd werd door sommige (wat de keuring betreft minder succesvolle) veredelaars getornd aan de opzet van de keuring. Het doel van de keuring (nieuwigheden) moest vervangen worden door kwaliteit. Volmondig werd beaamd dat het showplanten voor de handel moesten zijn en het aspect nieuwigheid was volledig ondergeschikt. Bovendien mochten er geen veredelaars meer als keurmeester aangesteld worden, ter vermijding van belangenverstrengeling. En dat terwijl bij de veredelaars juist de kennis aanwezig is, en de VKC in haar reglement heeft staan dat veredelaars één van de groeperingen binnen het keuringscomité moeten vormen. Belangenverstrengeling wordt voorkomen doordat keurmeesters hun eigen planten niet mogen keuren, en het aantal keurmeesters liefst zodicht mogelijk bij het maximale aantal van 9 moet zitten. En elke keurmeester heeft een even zware stem in de uitslag. De verplichting tot keuring was inmiddels door het NKvF-bestuur geschrapt
omdat daar binnen de achterban geen draagvlak meer voor zou zijn (maar dat
hebben ze nooit naar tevredenheid kunnen aantonen). Ook de voorzitter van de
veredelingsgroep, tevens voorzitter van de UTC vond geen noodzaak tot
verplichting van een keuring. Wat hem betrof mochten zaailingen , ongekeurd dan
wel afgekeurd, gerust in omloop gebracht worden. Dat er dan jaarlijks honderden
look-alike's komen was niet zo erg. Terwijl ik juist van iemand in zijn functie
verwacht had, dat hij zich sterk zou maken voor de belangen van veredelaars. Op
advies van het NKvF bestuur heeft de ledenraad (die op dit gebied zoals zij zelf
toegeven meestal leken zijn) zich achter het bestuursstandpunt gesteld. Herhaaldelijk overleg tussen de VKC, NKvF en veredelaars (waaronder ikzelf en de voorzitter van de keuringscommissie) heeft niet tot een oplossing geleid. Integendeel. In 2003 is de VKC op verzoek van de NKvF akkoord gegaan met het ontwerpen van een nieuw keuringsreglement en het houden van enkele proefkeuringen. Hierbij werden de keuringen voor botanisch getuigschrift en getuigschrift 1e klas afgeschaft. Alle benoemde keurmeesters kregen van de VKC een brief waaruit bleek dat zij als keurmeester waren ontslagen. Voor de nieuwe opzet werd een nieuw keuringscomité benoemd (zonder veredelaars). Op de valreep besloot de VKC dat het nog steeds een nieuwighedenkeuring was, en dat dat onderdeel dus niet weggestopt mocht worden als keuringsonderdeel binnen het totaal. Hiermee bleef in feite van een nieuwe opzet niet veel meer over (nog steeds een keuring op nieuwigheid tijdens een momentopname), dit tot groot ongenoegen van sommige initiatiefnemers van de nieuwe keuringsopzet. Overigens is mij door de (vice)voorzitter van de VKC toegezegd, dat het ontslag van de in functie zijnde keurmeesters onterecht was en dat deze mensen nog steeds officieel in functie zijn. De nieuwe groep was louter officieus bezig om de andere opzet uit te proberen. Er worden door de VKC dan ook geen diploma's van verdienste uitgereikt voor 'genomineerde' cultivars in 2003. De twee uitgevoerde proefkeuringen in 2003 zijn inmiddels geëvalueerd door de NKvF en deelnemers. In het algemeen was de conclusie dat er aan de nieuwe opzet nog wel het een en ander schortte. Dat was inmiddels ook duidelijk geworden aan het ontstaan van twee nieuwe groeperingen die los van de NKvF en de VKC een veredelings/keurings netwerk opgezet hadden, te weten in het noorden van het land en in de regio Brabant/Gelderland. Geluiden over het opzetten van zo'n groep in het zuiden van Nederland doen ook de ronde, en dat zal de laatste nog wel niet zijn. De NKvF verlangt van de VKC concessies over de opzet van de keuringen, waaraan de VKC - in mijn ogen terecht - geen gehoor wil geven. De VKC heeft dan ook de keuringen van fuchsia's voor minstens twee jaar stilgelegd (2004 en 2005). Ik ben het hier geheel mee eens. Liever geen keuringen dan twijfelachtig te werk gaan. En van uitstel komt vaak afstel! De NKvF beraadt zich om de keuring dan maar in eigen hand te nemen. Waarmee voorbijgegaan wordt aan de VKC als Nederlandse keuringsautoriteit. Het is afwachten of veredelaars een NKvF keuring zullen steunen. Inmiddels is de veredelingsgroep door al deze conflicten en onderling wantrouwen flink gedecimeerd en voor drie jaar op non-actief gesteld. Uitstel is afstel? Inderdaad, de Veredelingsgroep is daarna opgeheven. Ik vind het ontzettend jammer dat het vele werk en de goodwill dat in tientallen jaren is opgebouwd nu binnen luttele jaren geheel teniet gedaan is. Nederland was de laatste decennia toonaangevend bij fuchsiaveredeling, maar door naar mijn inzien onprofessioneel handelen van een aantal sleutelfiguren binnen de NKvF zijn we dat niet lang meer. Inmiddels is het jaar 2004 voor wat betreft de keuringen voorbij. De NKvF heeft inderdaad een eigen keuring in het leven geroepen, gebaseerd op de 2003 proefopzet zoals die was voordat de VKC de keuringsopzet amendeerde. Wegens omstandigheden heb ik alleen de laatste van de drie keuringen kunnen bezoeken. Van de drie genomineerde planten was ik het met twee nominaties eens (Simmersier en Amatranth; een kruising tussen kleinbloemige en o.a. F. splendens), maar juist deze planten waren nieuwigheden en waarschijnlijk minder geschikt voor de handel. Er waren door Egbert Dijkstra 3 verschillende planten van dit type ingezonden, waarvan de derde (die niet genomineerd werd), m.i. de meest interessante is (Quita, heeft een andere kleinbloemige ouder [F. cylindracea], en is als enige van de drie vruchtbaar). De enige keurmeester, die een achtergrond als veredelaar heeft (Hans van der Post) verklaarde mij desgevraagd, dat hij bij de beoordeling expres geen enkele rekening houdt met aspecten van belang voor veredeling. En dat terwijl na lang aandringen juist een oud veredelaar in het comité is gekozen om dit aspect niet geheel te laten ondersneeuwen. Deze plant werd overigens meteen van naam voorzien en verspreid onder belangstellenden. Ikzelf heb er stekken van mogen afhalen om er mee door te kunnen kruisen. De keuring is dus geen keuring in de echte zin van het woord, maar louter een voorselectie om de plant te mogen laten beoordelen door publiek op een van de NKvF-shows het jaar daarop. Overigens is over deze publiekskeuring, die ook in 2004 is gehouden, geen enkele publicatie naar buiten gedaan. Ook op de website van de NKvF is er niets over te vinden. Was het een flop of vond de NKvF het niet belangrijk genoeg? Dat ondergraaft dan de keuringsnominaties, want dat was toch het doel van de nominatie! Ik had hier graag met leden van de Begeleidings Commissie Keuringen over willen praten, maar zowel Dhr. Soeters als Dhr. Bakker lieten zich tijdens de keuring niet zien, en waren na afloop van de keuring vertrokken zonder even gedag te komen zeggen ..... De derde genomineerde (met het hoogste puntenaantal van alle drie) was een plant waarvan de bloemen moeilijk open kwamen en die veel leek op reeds gekeurde planten zoals Henkelly's Tonnie en De Achterhoek. Voor zover te beoordelen op een momentopname als de keuring toch is, volgens mij echter slechter van kwaliteit dan die twee (bloem kleiner, kroon smet meteen bij open gaan, bloem gaat niet goed open [scheurt in bij aanhechting tussen kelk en buis]). Een enkelbloemige rose die volgens mij zeker nominatie verdiende kreeg deze niet. Ikzelf had dit jaar een min of meer vergelijkbare plant, die ik in september op de Belgische Fuchsia keuring heb gebracht, en die is daar met lof goedgekeurd (Herps Bouziki). Nog vreemder was het niet nomineren van een plant van Spierings. Het was een WALZ Harp nakomeling, die bij de oude VKC-keuringen waarschijnlijk wel was goedgekeurd. Bij keuring in België, waar geheel op nieuwigheid/verbetering wordt gekeurd was deze plant er vrijwel zeker door gekomen. Bij navraag door Henk Spierings bleek dat deze plant net geen nominatie gehaald had. Dit kwam o.a. doordat de plant veel puntenaftrek had gekregen voor een slecht wortelgestel. Verbazing alom, want het uit de pot kloppen van een paar planten leverde een goed zichtbaar, wit wortelgestel op. Naar bleek, was deze puntenaftrek gebeurd op basis van EEN plant (overjarige?) met minder goed zichtbare haarwortels. De overige planten (3 stuks) die niet genomineerd werden, verdienden dit in mijn optiek ook niet. Geen nieuwigheden en ook geen kwaliteit. Opvallend was wel het kleine aantal inzenders, en het lage aantal ingezonden planten. Verschillende inzenders (en niet de minste!) die in 2003 en op de eerste en/of tweede keuring in 2004 nog wel planten inzonden, lieten nu verstek gaan. Toeval, of is dit reeds symptomatisch? Ikzelf heb bij de 3 keuringen in België in 2004 al meer planten goedgekeurd gekregen (14 stuks), dan alle genomineerde planten van de 3 NKvF keuringen (13 stuks) bij elkaar. Hetzelfde geldt voor Hans Braam (15 stuks). Hieronder zitten zowel een aantal nieuwigheden voor echte liefhebbers (vaak nakomelingen die vrij dicht bij de species zitten), planten van groot belang voor verdere veredeling (verbetering van Gerharda's Panache), als ook een aantal planten prima geschikt voor de handel (op/afstaand bloemigen, volle dubbele hangers, etc.). En hoeveel planten zijn er in omloop gebracht zonder gekeurd c.q. genomineerd te zijn? De voorzitter van het keuringscomité kon overigens weinig relevante informatie geven aan de inzenders bij vragen over de reden van het niet genomineerd zijn (was dat niet een klacht bij de vroegere keuringen, die nu verbeterd zou zijn?). Ook de uitslagen van de puntenwaardering werden niet ter plaatse gegeven (zodat er ter plekke over gediscussieerd kon worden), maar worden achteraf per post opgestuurd. De voorzitter gaf wel te kennen dat de evaluatie van de drie keuringen uit 2004 waarschijnlijk wel aanleiding zou geven om de keuringsregels/normen onder de loupe te nemen en hier en daar aan te passen.
|