|
Heterosis effectAls twee zuivere lijnen (bijvoorbeeld twee species) met elkaar gekruist worden kan de zaailing heterosis effect vertonen. Dit betekent een veel krachtigere plant (in groei, bouw, bloem etc.) dan op grond van de eigenschappen van beide ouders verwacht mag worden. Het zijn vaak zeer vitale planten (recessieve eigenschappen van de ene ouder worden gecompenseerd door dominantie van die eigenschap bij de andere ouder). In de handel wordt dit zaad vaak verkocht onder de naam F1-hybride. Als de beide ouders dan ook nog het dubbele aantal chromosomen hebben (via bijvoorbeeld Colchicine behandeling) is er kans op spectaculair materiaal. Ikzelf heb hiervan de volgende voorbeelden:
Tetraploide F. cylindracea
(B06-22) x tetraploide F. paniculata
(B06-14)
Op de linker foto een paar zaailingen uit deze kruising bij elkaar in een grote pot. Deze planten zijn 3 jaar oud (gezaaid in 2008) en meer dan 2 meter hoog (links staat een pot met de tetraploide F. paniculata, hetgeen samen met de hanggeraniums in de pot een indruk van de grootte geeft). Ook de bloempluimen zijn groot, evenals de bloemen zelf (zie rechter foto). Opkweek van de planten was zeer gemakkelijk. Ik heb geen enkele ziekte erin waargenomen, en de overwintering is probleemloos (zowel in de kas als in de kuil). Toppen van de (hoofd)stengels wordt goed verdragen. De zaailingen zijn goed vruchtbaar. Inmiddels heb ik momenteel (2010) enkele honderden nakomelingen uit kruisingen ervan 'met zichzelf', waarbij uitmendeling goed is te zien (in bloemgrootte, bloemkleur, bladvorm, bladkleur, plantgrootte etc.). Hieronder enkele van de honderden zaailingen, waarbij de uitmendeling duidelijk is: Ik heb ze voor het gemak even genummerd van 1 tot en met 5, met hieronder van elk een aparte foto
1 kleine bloem, volle tros, rood 2 grote bloem, driekwartvolle tros, oranje kroon en helmknoppen
3 geheel lichtrose, sterk trossend 4 grote bloem, halfvolle tros, kroon zalm 5 grote bloem, rood, driekwartvolle tros
Tetraploide F. splendens x
tetraploide F. fulgens gesneriana (B99-814) Ik heb 4 zaailingen uit deze kruising
waarvan bovenstaande foto de eerste bloeiende plant laat zien (september
2010). Het is in feite een verdubbelde 'Speciosa' (waarmee hopelijk meer dan 1
generatie nakomelingen kan worden gekweekt). Ook hier weer uitermate grote,
stevige, gezonde planten met grote bloemen. Velen hebben al gebloeid en een enkele alweer zaad gegeven, dus -in tegenstelling tot de gewone Speciosa- is het mogelijk een tweede generatie te kweken. Tetraploide F. paniculata (B06-14)
x tetraploide F. excorticata (B01-101) Ik heb 2 zaailingen uit deze kruising
waarvan de eerste (B11-38) in de nazomer van 2012 is gaan bloeien.
Tetraploide F. magdalenae x tetraploide F.
excorticata (B01-101)
Tetraploide F. paniculata (B06-14) x tetraploide F.
triphylla (PB#6)
B15-1
Er zijn 3 zaailingen uit deze kruising.
Qua blad en groei zijn ze nogal verschillend. In 2015 is de eerste in bloei
gekomen (B15-1). De bloem is qua grootte intermediair tussen beide ouders. De
eigenschappen van F. paniculata lijken te overheersen. De plant is vruchtbaar. B15-3
Tetraploide F. excorticata (B01-101) x diploide F. denticulata
En dan zijn er nog zoveel andere interessante gebieden
En zo zijn er nog talloze lege plekken te vullen in het fuchsia assortiment !!!!! Houdt echter in het achterhoofd dat het kweken van gezonde planten (groei, resistentie tegen ziektes, overwintering) niet uit het oog mag worden verloren.
Sports (mutaties)Soms geven planten sports. Vooral bij planten die in grote aantallen worden gekweekt is de kans erop wat groter. Heel bekend is Beacon Rosa, een rose-bloemige mutant van Beacon. Vaak is er bij Beacon Rosa ook weer een tak met een terugmutatie te vinden (dus weer rood-paars). Ook van WALZ Jubelteen zijn er inmiddels twee sports: Softpink Jubelteen (kroon lichter rose) en Prickly Heat (kroon donkerder, oranjeachtig). Een sport is meestal een puntmutatie, waarbij er op het chromosoom bij de betreffende locus een substitutie, inversie, deletie of additie (insertion) in het dna heeft plaatsgevonden. Een puntmutatie kan in elke cel voorkomen. Tijdens de vorming van geslachtscellen (meiose) kunnen er naast verdubbeling van chromosoom-aantallen ook mutaties optreden die een stuk van een chromosoom betreffen. Het kunnen translocaties, deleties, duplicaties en inversies zijn.
|